Groene waardekaarten om op te bouwen

Grootschalige inventarisatie van landschapselementen in Ede-Kernhem

Ede moet, zoals veel gemeenten, de komende jaren een flink aantal woningen bijbouwen. De gemeente heeft een stuk buitengebied aangewezen voor een toekomstige nieuwbouwwijk, maar wil daarbij wel waardevol groen en karakteristieke landschapselementen behouden. In een vroeg stadium, nog voor enige ontwerpfase, vroeg Ede De Boominspecteurs een inventarisatie te maken. Een mooi en veelomvattend project, met een resultaat waar de gemeente op kan bouwen.

Een enorm project was het, waar meerdere mensen, in verschillende fases, een half jaar mee bezig zijn geweest. Het ontwikkelgebied is een oud agrarisch gebied, met oude houtwallen en rijen knotelzen en -wilgen in het nattere deel, een gebied waarin de ontginningsgeschiedenis nog duidelijk terug te zien is. “We zijn begonnen met het inmeten van alle individuele bomen en bosschages in het gebied”, vertelt projectleider Youri van Woerkom van De Boominspecteurs. “Veel van die bomen zijn deel van een landschapselement, ook de andere onderdelen die daarbij horen, zoals een greppel of een grondwal, hebben we ingemeten. In stap 2 hebben we al die bomen en bosjes geïnventariseerd, volgens de gangbare kwaliteitsbeoordeling.”

 

Landschapselementen: breder dan alleen bomen
Bomen inmeten en de kwaliteit ervan beoordelen, dat is voor De Boominspecteurs gesneden koek. Maar landschapselementen beoordelen, dat is veel breder dan bomen en groen. “Het was dan ook wel even een discussiepunt of deze opgave bij ons zou passen”, geeft Youri aan. Jaco Houweling zag het wel zitten om een methodiek uit te denken én uit te voeren – en zo gebeurde.

“Ik ben begonnen met een overzicht van alle landschapselementen die we tegen zouden kunnen komen in het buitengebied van Ede,” vertelt Jaco, “met daarbij een uitgebreide beschrijving van wat er onder valt”. Waar je aan moet denken? Elzensingels en houtwallen, lei- en knotbomen, geriefhoutbosjes. Beek- en slootbegeleidende beplanting, poelen. Maar ook een oude zandweg of karakteristieke erfinrichting bij oude boerderijen: een boomgaard, een oude haag, een klassieke groentetuin.”

“Daarbij hebben we ook uitgezoomd naar het grotere geheel: letterlijk ‘de grote lijnen’ die doorlopen buiten de grenzen van het projectgebied” vertelt Youri: “houtwallen, een oude zandweg, groene assen in de aangrenzende wijk Kernhem. Ook die context is belangrijk bij het bepalen van de waarde.”


Eigen methodiek om waarde te bepalen
Jaco heeft, in overleg met de gemeente Ede, een methodiek opgesteld om de landschapselementen een kwaliteitsscore te geven, en is daarmee het veld in gegaan om ieder element in te meten en te beoordelen op o.a. conditie, cultuurhistorische en ecologische waarde. “Erg leuk om te doen”, vertelt hij. “De ecologische en cultuurhistorische aspecten zijn getoetst door een ecologisch bureau en de cultuurhistoricus van de gemeente. Wij zijn dan wel vooral bomenmensen, maar hun waardering week vrijwel niet af van die van ons. Dat gaf wel voldoening.”

De resultaten zijn gevisualiseerd op kaarten. Die geven een verschillend beeld: een poel uit de jaren ‘80 bijvoorbeeld is ecologisch gezien heel belangrijk, maar cultuurhistorisch niet waardevol. Een geïntegreerde kaart neemt de verschillende waardes samen. Dat geeft handvatten waarmee de gemeente kan bepalen wat ze echt wil behouden, en aan de hand daarvan een ruimtelijk ontwerp maken.

Randvoorwaarden voor het ontwerp
Maar daarmee was het project nog niet klaar. Bepalen dat je een houtwal wilt behouden en inpassen is één ding, de volgende vraag is hóe je dat moet doen. “We hebben een verkennend bodemonderzoek gedaan waaruit de eerste randvoorwaarden volgden. Op veel plekken bleek het nat en wortelen de bomen ondiep en wijd. Daarom hebben we de kwetsbare boomzone – de zone om de boom heen waarin niets mag gebeuren – op 2,5 meter gesteld in plaats van de gangbare 1,5 meter. We hebben ook voor iedere boom gekeken hoe groot de boom kan worden en hoeveel ruimte hij in de toekomst inneemt, zowel boven als onder de grond. Ook daar moet een ontwerp rekening mee houden. Ook dit hebben we allemaal op kaart laten zien.”

“Ten slotte hebben we een uitgebreide handleiding geschreven, met een toelichting op de gebruikte categorieën en kaartlagen, én waar je voor kunt gebruiken. Zodat ze voor iedereen bruikbaar zijn, en tot 2040 bruikbaar blijven.”

 

Brede expertise
Het is een type klus die past in deze tijd, denkt Jaco. “Gemeenten willen steeds meer ontwerpen ‘met behoud van’ en vragen bij ruimtelijke ontwikkelingen advies om hun keuzes daarin te onderbouwen. Als ‘bomenadviesbureau’ ligt onze primaire focus natuurlijk op bomen. Het is belangrijk om ook een schaalniveau verder te kijken: bomen zijn onderdeel van een groter ruimtelijk geheel en dat bepaalt mede hun waarde. Met deze klus hebben we laten zien dat wij als bomenpartij ook bredere expertise in huis hebben. Én dat wij steeds sterker worden in het samenbrengen en faciliteren van de verschillende disciplines.”

Youri vult aan: “Ik vind het mooi dat de gemeente Ede helemaal aan het begin van een groot ontwikkeltraject het groen in de plannen betrekt. Te vaak komen wij pas op het toneel als er al een ontwerp ligt, en kunnen we alleen constateren dat bomen moeten wijken. Óf moet een ontwerp aangepast worden, wat óók veel tijd en geld kost. Het beschermen van bomen begint met inzicht in wat je hebt en wat het waard is, gelukkig dringt dat besef steeds meer door.”